Plattdeutsch-Hochdeutsches Wörterbuch für Ostfriesland

Hochdeutsch

Plattdeutsch

direkte Treffer

Substantive

der Mord

de Moord, Pl.: de Moorden

Redensartenanzeigen

weitere Treffer anzeigen

weitere Treffer

Substantive

der Mörder

de Moorder, Pl.: de Moorders

der Dolch

de Moordpreem, Pl.: de Moordpremen

das Stilett

de Moordpreem, Pl.: de Moordpremen

die (große) Rohrdommel

de Moordumper, Pl.: de Moordumpers

Verben

morden

moorden

Infinitiv, Imperativ	Person	Präsens	Präteritum	Partizip II
aarden (arten; gedeihen), aard / aardt	ik	aard	aardde	aardt
	du	aardst	aarddest
	he/se/dat	aardt	aardde/aard
	wi/ji/Se/se	aarden/aardt	aardden

ermorden

ofmoorden

ermorden

vermoorden

zum Seitenanfang